5 dingen om te onthouden na TechniShow 2024
Automatisering en digitalisering dominant aanwezig
Gaan de vroegere tijden herleven? Het leek er wel op, half maart in de Utrechtse Jaarbeurshallen. TechniShow 2024 was na zes jaar – als we de afgeslankte nazomereditie van 2022 even weglaten – weer terug. Minder groot, maar wel hallen vol maaktechnologie. En die verandert achter de schermen in hoog tempo. Vijf vaststellingen die we deden op een rij.

De reacties van de exposanten over de kwantiteit en kwaliteit van de bezoekers waren positief
Vakbeurzen beginnen een beetje op de reiswereld te lijken. Er wordt pas heel laat beslist waar de vakantiereis naar toe gaat. Tal van exposanten hebben pas enkele maanden voor de TechniShow besloten mee te doen. Dit illustreert zowel de onzekerheid in de huidige markt, als de veranderende marketingstrategie van bedrijven. Ze zetten hun jaarbudget niet meer in op één beurs, maar zoeken via meerdere kanalen hun doelgroep op. Achteraf hoorde je in Utrecht positieve geluiden over zowel de bezoekersaantallen als de kwaliteit van de bezoekers.
1. Automatisering en groei van aantal cobots
De 30.000 bezoekers zagen een kleinere TechniShow, maar nog steeds een beurs met veel machines. En een beurs die een compleet overzicht bood van de maaktechnologie in de metaalindustrie, vooral hoe automatisering en digitalisering de maakindustrie veranderen. Zeker in de Benelux is automatisering breed geaccepteerd. Niet alleen bij de grote maakbedrijven, ook kleinere toeleveranciers automatiseren hun machines.
Het aanbod van robots en cobots op de TechniShow 2024 was groot. Ze zijn geschikt voor tal van toepassingen, niet langer uitsluitend voor het beladen van CNC- of plaatwerkmachines. Hierbij viel op dat de cobots qua handling-gewicht steeds verder opschuiven richting de klassieke 6-assige industrierobots. 30 kilogram tilgewicht voor een cobot is niet gering. De reden waarom bedrijven voor deze oplossing kiezen ten faveure van een industrierobot, zo geven de leveranciers aan, is vaak de minder strakke beveiliging die nodig is. Hekwerken en lichtschermen kunnen bij een cobot achterwege blijven. Of dit altijd even slim is, is een andere vraag.
Het tweede dat opviel, is dat het inzetgebied van cobots steeds breder wordt. Waar ze oorspronkelijk ontwikkeld zijn om samen te werken met de mens, bijvoorbeeld in assemblagetaken, krijgt de cobot steeds meer taken naast het beladen van een machine. Slijpen bijvoorbeeld. Of lassen. Het programmeren wordt steeds eenvoudiger, wat het aantal toepassingen weer opstuwt.


Twee live productiestraten
Automatiseren vraagt eigenlijk een andere manier van werken. Men moet zekerder zijn van het productieproces en variabelen die dit proces kunnen verstoren, uitsluiten of minimaliseren. Hier gaat digitalisering een rol bij spelen. Processen worden aangestuurd met data en de productiedata worden gebruikt om analyses te maken, bijvoorbeeld of een onbemand gefreesd onderdeel nog binnen de nauwkeurigheidsmarges valt. Meetdata worden geanalyseerd en eventueel teruggestuurd naar de CNC-besturing om het programma aan te passen.
Op de TechniShow werd dit op meerdere plekken gedemonstreerd, onder andere op het themaplein Productieautomatisering. Een aantal leveranciers had hier twee complete productielijnen opgebouwd, waarin machines, ERP-pakketten, meetsystemen en montagesystemen gekoppeld waren om zo te laten zien wat mogelijk is als je data van de ene processtap kunt gebruiken in de volgende. Men heeft dan niet alleen een actueel overzicht van de productie, maar kan ook bijsturen als er problemen zijn. De exposanten op dit themaplein gaven duidelijk een signaal af dat een efficiënte, slimme oplossing een samenspel tussen meerdere partijen vraagt. Het kan niet meer alleen van de machine komen. Elke stap in het proces is gekoppeld aan een andere.


2. Datavisualisatie
Iets heel nieuws op de beurs was de oplossing waarbij data uit CNC-machines – en soms zelfs machines zonder besturing – werd uitgelezen om zo inzicht te krijgen in de status van de productie. Of om te analyseren waar het vaak fout gaat. In feite krijgt Industrie 4.0 – de koppeling tussen de fysieke en de cyberwereld – eindelijk een invulling.
Blijkbaar zien meerdere partijen hier brood in, want zowel specifieke softwareontwikkelaars, aanbieders van CNC-besturingen alsook leveranciers, lieten zien hoe ze bezig zijn data expliciet te verwerken om inzicht te krijgen in hoe het proces verloopt. Voor de communicatie met CNC-machines valt men meestal terug op interfaces zoals MTConnect en umati (OPC UA), maar er zijn ook andere oplossingen om data uit een machine te lezen. Software krijgt dus de overhand. Dat was op TechniShow 2024 goed merkbaar.
3. Plooien verder geautomatiseerd
In de hallen met technologie voor plaatbewerking manifesteerden Chinese fabrikanten zich nadrukkelijk. Niet enkel met instapmodellen, ook met lasertechnologie voor het snijden van dikkere plaat. We hebben er later dit jaar nog nadrukkelijker aandacht voor in Metallerie.

Een tweede punt dat opviel, was de verdergaande automatisering bij het plooien. Robots voor het manipuleren van de plaat voor een plooibank zijn al langer gemeengoed. Maar dan moet de operator nog altijd de gereedschappen in de onder- en bovenbalk van de kantbank verwisselen.
Eén van de drie nominaties voor de TechniShow Innovation Award 2024 toonde een systeem waarmee zowel nieuwe als bestaande CNC-plooibanken uitgerust kunnen worden met een gereedschapswisselaar. Op een goede vierkante meter kan men tot 50 meter gereedschap opbergen. De robot, ook verantwoordelijk voor de handling van de plaat, wisselt dit dankzij een speciaal mechanisme in de balk van de plooibank, zodat men onbemand verschillende producten kan zetten.

4. Additive manufacturing blijft nichetechnologie
Additive manufacturing was voorafgaand aan de beurs aangekondigd als een belangrijk thema op de TechniShow 2024. De technologie lijkt echter nog steeds niet aan z’n definitieve doorbraak te zijn begonnen. Op het themaplein stond zowel een entry level 3D-metaalprinter als een high end-systeem, waarop getoond werd hoe men kan opschalen van prototypes 3D-printen naar serieproductie.
Verspreid over de beurs stonden meerdere aanbieders van onder andere 3D-printers voor (hoogwaardige) kunststof onderdelen. Bijzonder was de stap naar automatisering die een van de exposanten momenteel maakt. Snelle, compacte FDM-printers worden beladen door een cobot en aangestuurd door speciale software die momenteel nog in de ontwikkelingsfase zit. Op die manier kan men een printfarm bouwen voor het 3D-printen van kleine batches verschillende onderdelen. Het concept is heel goed schaalbaar.
Software speelt ook een belangrijke rol in de industrialisering van additive manufacturing, onder andere door het programmeren van een Direct Energy Deposition-systeem én de CNC-freesmachine voor de nabewerking vanuit dezelfde software.
5. Metaalbewerkingsvloeistoffen
In de Nederlandse high tech toeleveringsindustrie is metaalbewerkingsvloeistoffen al meerdere jaren een groot thema. Dit komt met name door de cleanliness-eisen vanuit grote OEM’s. Daarnaast wordt dit belangrijker naarmate men meer automatiseert, omdat dan geen operator meer aan de machine staat die het niveau van het bad kan controleren.
Op de TechniShow uitte dit zich onder andere in het grote aanbod om het beheer van koelvloeistof in een CNC-machine te automatiseren. Was dit vijf jaar geleden nog het domein van een enkeling, dit keer stonden zeker zes aanbieders van soortgelijke systemen. De verschillen zijn wel groot. Sommige systemen vereisen bij elk bewerkingscentrum een apart vulsysteem, andere meer geavanceerde oplossingen vullen verschillende CNC-machines vanuit één centrale plek bij, maar wel in de juiste concentratie voor het proces op die machine.
De nieuwe trigger waarmee exposanten aandacht voor een dergelijk systeem vragen, is duurzaamheid. Goed beheer van koelsmeermiddelen voorkomt afkeur – dus afval – en brengt het verbruik van emulsie terug, zodat men minder hoeft af te voeren. Op de beursvloer stond ook een installatie om water en emulsie (of olie) te scheiden zodat men de hoeveelheid vloeistof die afgevoerd moet worden minimaliseert tot vijf à tien procent en het schone water weer als proceswater kan inzetten. Duurzaamheid 2.0 in de maakindustrie.

via de cloud gestuurd wordt