7 schuurtips voor kwalitatief schuurwerk
Goed machinaal schuren is een kunst apart
Schuren is zeer complex en vraagt de nodige kennis en een correcte machine voor het uit te voeren werk. Machinaal schuren blijft voor veel toepassingen bovendien een noodzakelijk gebeuren. Aangezien een correct gebruik van de breedbandschuurmachine absoluut geen sinecure is, geven we u graag zeven nuttige tips mee.
Tip 1: manueel schuren is een vermijdbare kost
Manueel schuren is een erg tijdrovend en arbeidsintensief werkje met een hoge foutenmarge, dat bovendien afbreuk doet aan de rentabiliteit van uw investering. Wat heeft het voor zin om supersnel te produceren, als u arbeidskracht tekortkomt om alles manueel op te schuren?

Schuren is niet gelijk aan schaven
Vrijwel het belangrijkste principe bij het schuren is dat deze bewerking niet als hoofddoel heeft om materiaal af te nemen. Dat is het werk van de schaafas. De grootste, meest gangbare materiaalafname bij het schuren (ook wel het 'kalibreren' genoemd) is afhankelijk van de hardheid van het hout, de doorvoersnelheid, de kW-kracht van de motor, de gebruikte korrel en de breedte van het werkstuk. Indien men bij het schuren meer dan een halve millimeter afneemt, zoekt men eigenlijk de uiterste grenzen van de machine op: de schuurband loopt sneller vol, de motor wordt overbelast en de kans op beschadigingen neemt toe.

Voor wie toch materialen met grote dikteverschillen door de schuurmachine wenst te voeren, zijn er enkele oplossingen voorhanden:
- ofwel meerdere schuurrollen na elkaar in één passage voorzien;
- ofwel meerdere passages voorzien;
- ofwel in de eerste groep een schaafas (enkel bij langshout) in plaats van een schuurrol voorzien die enkele millimeters weg kan nemen vóór de tweede groep, de schuurrol, begint te schuren.
Kiezen voor elektronische sturing

Terwijl de machine vroeger manueel ingesteld en bediend moest worden, kunnen vandaag veel taken overgelaten worden aan de elektronische sturing van de machine. De gewenste afname, de doorvoersnelheid van de band en de compensatie voor de dikte van het schuurpapier (een grovere korrel betekent immers een dikkere schuurband) zijn daar mooie voorbeelden van.
Tip 2: Juiste dimensionering van uw schuurmachine
De nuttige breedte van de machine dient aangepast te zijn aan het soort stukken dat u door de machine wil voeren. Dit zal dus anders zijn voor een interieurbouwer die grote, massieve meubeldelen wil schuren dan voor iemand die hoofdzakelijk lijsten verwerkt. Let er dus op dat u geen te brede machine koopt. Immers, hoe breder de machine, hoe groter het benodigde motorvermogen, hoe krachtiger de afzuiging, hoe breder de banden en dus ook hoe duurder de investering en hoe groter de werkingskosten.
Wie slechts af en toe een breed meubeldeel moet schuren, kiest misschien beter voor een smallere machine met een halfopen frame. Het meubeldeel kan dan immers in twee keren geschuurd worden. Door dan nog even met de hand na te schuren, verzekert men zich van een correct eindresultaat waarbij de vezels mooi in dezelfde richting staan. Ook voor schrijnwerkers die slechts af en toe nog een houten raam maken, is dit een interessante oplossing.
TIP 3: Hou werkstukken en schuurmachine proper
Stof, zand en steentjes zijn de grootste vijanden van uw schuurproces. Zorg er dus voor dat u zowel de werkstukken als de machine zo proper mogelijk houdt. Reinigen met perslucht is geen overbodige luxe! Ook een regelmatige controle en onderhoud van de machine is van groot belang. Hieronder bespreken we een drietal zaken die fout kunnen lopen indien deze vuistregels niet gerespecteerd worden.

Opliggende, dynamische markeringen in de lengterichting
Een klein, hard steentje dat vastzit in de bovenlaag van het te schuren stuk kan zware schade toebrengen aan de korrels van de schuurband en deze plaatselijk zelfs onbruikbaar maken. Bij het doorvoeren van een volgend stuk ziet men een dynamische markering in de lengterichting van het geschuurde stuk. Deze markering is opliggend (d.w.z. steekt boven het geschuurde oppervlak uit), gezien ze veroorzaakt is door het plaatselijk niet snijden van de beschadigde korrels.
Verdiepte, statische markeringen in de lengterichting
Statische (d.w.z. in een rechte lijn), verdiept liggende markeringen op het geschuurde stuk kunnen veroorzaakt worden door een beschadiging van de contactrol of van een steentje dat tussen de contactrol en de schuurband is geraakt. Ook vuiligheid op of beschadigingen aan de band, de schoen, de wals, het tapijt of de drukrollen kunnen gelijkaardige problemen veroorzaken.
Dwarse markeringen
Dwarse markeringen kunnen dan weer verklaard worden vanuit een onbalans in de contactwals, de spanrol, de poulies of de riemen. Goed onderhouden lagers en correct uitgebalanceerde onderdelen zijn dus van primordiaal belang om dergelijke fouten te voorkomen.
Tip 4: Besteed zorg aan de schuurbanden
De keuze, onderhoud en opslag van de schuurband heeft een belangrijke impact op het eindresultaat.
Standtijd van de schuurbanden
De standtijd van de schuurbanden hangt samen met het smeltpunt van de schuurkorrel. Hoe lager dat ligt, hoe sneller het schuurmateriaal zal afslijten. Hoe hoger het smeltpunt van de schuurkorrel, hoe langer het zijn scherpte zal behouden. Om de standtijd te verhogen, moeten we dus de warmteontwikkeling tijdens de bewerking zo laag mogelijk houden. Deze warmteontwikkeling wordt bepaald door de schuurdruk per oppervlakte-eenheid en de snelheid van de schuurband.
Lengte van de schuurbanden

De beste manier om de warmteontwikkeling binnen de perken te houden, is door te werken met hogere aggregaten op de breedbandschuurmachine waarop dan langere schuurbanden geplaatst kunnen worden. Hierdoor krijgt de rondlopende band meer tijd om af te koelen.
Een tweede maatregel is om de band te laten oscilleren. Om het aflopen van de band te verhinderen, corrigeert de machine dit door de bovenste rol lichtjes scheef te trekken waardoor de band naar de andere kant begint af te lopen. Doordat het aflopen telkens op die manier wordt gecorrigeerd, ontstaat dus de oscillerende beweging. Dit biedt een tweetal voordelen die op hun beurt de warmteontwikkeling in de machine tegengaan:
- Men schuurt niet altijd op dezelfde plaats, waardoor de band meer de kans krijgt om plaatselijk af te koelen.
- Minder kans op vollopen van de schuurband. Dit komt doordat de schuurband zichzelf reinigt. De schuurspanen die in het bandoppervlak plakken door de rechtse beweging van de schuurband, komen los bij de linkse beweging.
Efficiënte stofafzuiging
Het spreekt voor zich dat ook een krachtige en efficiënte stofafzuiging verhindert dat de schuurband snel volloopt en dus oververhit raakt. Bij bepaalde machines kan men optioneel nog een afblaasinrichting laten monteren die het stof letterlijk uit de schuurband en in de afzuiging blaast. Vergeet echter niet dat deze optie een extra persluchtverbruik met zich meebrengt.

Aanbrengen van de banden

Bij het wisselen van de schuurbanden op de machine moet men erop toezien dat de pijlen die aan de binnenkant van de schuurband gedrukt staan, in overeenstemming zijn met de draairichting van het aggregaat. Doet men dit niet, dan loopt men kans dat de schuurband scheurt ter hoogte van de las. Vergeet na het werken ook niet de schuurband te ontspannen zodat eivorming voorkomen wordt.
Opslag en onderhoud
Schuurbanden hangt men het best op in een speciaal daartoe bestemd rek. Het is zeker niet de bedoeling dat ze op de grond liggen waar ze gecontamineerd kunnen worden door stof, vuiligheid of zelfs steentjes. Verder moeten ze ook droog en op kamertemperatuur bewaard worden.
tip 5: Keuze contactwals en schuurschoen
De meeste breedbandschuurmachines zijn uitgerust met twee units: een unit met een contactwals voor het kalibreren of grofschuren van het hout en een unit met een schuurschoen voor het verwezenlijken van een mooie finish. De twee units kunnen aangedreven worden ofwel door één enkele motor ofwel door twee aparte motoren. De laatste optie is uiteraard duurder in aankoop, maar wel aan te bevelen gezien het de machine robuuster en efficiënter in gebruik maakt.
Contactwals
Bij een groter wordende diameter van de contactwals, vergroot ook het contactoppervlak tussen werkstuk en walsbekleding. Dit betekent dat de specifieke druk per korrel op het werkstuk verkleint. De regel is dus: wie werkstukken wil kalibreren, kiest het best voor een contactwals met kleine diameter; wie fijner en minder agressief wil schuren, kiest het best voor een contactwals met grote diameter.
De contactwals kan bovendien bekleed worden met verschillende mogelijke materialen, elke met variërende hardheid. Hoe zachter de walsbekleding, hoe meer de wals zal ingedrukt worden bij contact met het werkstuk, hoe groter het contactoppervlak tussen walsbekleding en werkstuk zal zijn en dus ook hoe kleiner de specifieke druk per korrel op het werkstuk. De walsbekleding is steeds voorzien van groeven om afkoeling mogelijk te maken en dus overbelasting van de schuurband te vermijden.
Zowel de grootte van de groeven als de hoek die ze maken met de doorvoerzin van het werkstuk hebben een niet te onderschatten effect op het schuurbeeld. Hoe groter de groeven en hoe groter de hoek, hoe agressiever de schuurbewerking; hoe kleiner de groeven en hoe kleiner de hoek, hoe minder agressief de schuurbewerking. De schuurafname is dus omgekeerd evenredig met de hoek van de groeven.
Schuurschoen
De schuurschoen is gemonteerd tussen twee geleidingswalsen en dient om het werkstuk fijn te schuren. Het contactoppervlak tussen het werkstuk en de schuurschoen is uiteraard veel groter dan bij de contactwals. Hierdoor is de schuurdruk per cm2 zeer laag. Het belangrijkste risico bij de schuurschoen is dat de met stof volgelopen schuurband oververhit raakt en daardoor brandvlekken op het werkstuk achterlaat. Om dit te vermijden, dient men erop te letten dat de schuurschoen niet te breed is.
Algemeen kunnen we twee types schuurschoenen onderscheiden. Eerst en vooral is er de vaste schuurschoen die weliswaar makkelijk instelbaar is, maar die uiteraard niet bruikbaar is voor het schuren van schuine, kromme, geprofileerde massieve of gefineerde stukken, noch voor het schuren van gelakte stukken. Voor deze opdrachten heeft men immers het tweede type schuurschoen nodig. Een dergelijke schuurschoen kan zich namelijk aanpassen aan de vormgeving van het werkstukoppervlak.

Tip 6: Combinatie boven- en onderschuurder
Een gecombineerde boven- en onderschuurder betekent een grotere investeringskost, maar verhoogt wel uw productiviteit tot zo'n 240%.
De units kunnen vervat zitten in twee aparte machines die met elkaar verbonden zijn d.m.v. een transportband of kunnen ook binnen één enkele machine ondergebracht worden. De eerste oplossing, ook wel een 'schuurstraat' genoemd, is vooral geschikt voor het spanningsvrij schuren van lange, gefineerde platen. De redenering hierachter is dat bij een gefineerde plaat de schuurbewerking bovenaan en onderaan nooit tegelijk mag plaatsvinden en wel om beschadiging van de fineerlaag te vermijden. De tweede oplossing is dan weer makkelijker in bediening (slechts één sturing voor de beide units), maar is idealiter enkel geschikt voor het schuren van massief houten platen. Over de vraag of de bovenschuurder dan wel de onderschuurder als eerste unit geplaatst moet worden, zijn de meningen verdeeld.
Het kamp dat de bovenschuurder eerst plaatst, argumenteert dat deze door het hogere vermogen beter geschikt is voor het kalibreren van massief hout. Op die manier wordt de onderschuurder, die over een lager vermogen beschikt, van deze taak ontlast.
Het kamp dat de onderschuurder eerst plaatst, benadrukt dan weer het voordeel ervan voor de kwaliteit van de afgewerkte plaat. De achterliggende redenering is dat de "beste zijde" van de plaat (dus bv. de aanzichtzijde van een meubelplaat) voor een optimaal resultaat steeds als laatste geschuurd moet worden. Dit gebeurt het best door de bovenschuurder, aangezien de bediener bij de uitvoer van de plaat dan onmiddellijk het resultaat kan controleren zonder deze te moeten omdraaien.
Tip 7: Schuren in tegenloop of in meeloop?
Bij een schuurmachine in doorvoer zal men normaliter uiteraard steeds in tegenloop schuren. Dit heeft het dubbele voordeel van een makkelijkere schuurafname aan de ene kant en een efficiëntere verwijdering van het schuurstof aan de andere kant.
Toch is het in bepaalde gevallen noodzakelijk om in meeloop te gaan schuren. Dit is het geval wanneer de lengte van de stukken kleiner is dan de afstand tussen de drukrollen. Immers, indien het stuk te kort is en men toch in tegenloop gaat schuren, bestaat de kans dat het stuk in de machine blijft hangen met soms ernstige schade aan stuk en machine tot gevolg. Wie te korte stukken toch in tegenloop wil schuren, kan als alternatief ook kiezen voor een doorvoerband met vacuümtapijt. Dit tapijt zuigt het werkstuk aan zodat dit te allen tijde geklemd blijft zitten. Let wel: deze oplossing heeft een hoog persluchtverbruik tot gevolg.