Hefapparatuur in een automatisch platenmagazijn
Vacuumhefapparatuur
De platen in het magazijn worden steeds verplaatst door middel van vacuümhefapparatuur. Dat vacuüm kan onder andere gecreëerd worden door een ronddraaiende pomp die daardoor voortdurend zuigt. Dat zorgt echter voor problemen wanneer er een kleine plaat moet worden getild, want enkele zuignappen zullen dan enkel lucht aanzuigen.
Daarom wordt de vacuüm tegenwoordig veelal gecreëerd door middel van perslucht. Op die manier kan elke zuiger wel apart worden gestuurd. Bovendien kan zo ook beter rekening worden gehouden met de plaatparameters, zoals de dikte, de gladheid enz.
Spanbreedte
De zuigers die de platen tillen zijn steeds bevestigd op een traverse. Wanneer die traverse helemaal wordt uitgeschoven, bedraagt de lengte 4.300 mm. Maar in optie kan ook een traverse worden geïnstalleerd die tot 5.600 mm kan gaan. In de breedte meet de traverse steeds 400 mm of 800 mm. Daardoor bedraagt de minimale spanwijdte van de traverse steeds ofwel 1.500 mm x 400 mm of 2.000 mm x 800 mm. Reststukken die kleiner zijn dan die minimale maat worden dan ook beter in het extern restenmagazijn bewaard.
Dundelenpakket
Veel leveranciers van automatische magazijnen voorzien de hefapparatuur ook van een dundelenpakket. Dankzij dat pakket kunnen laminaatvellen met een dikte van slechts 0,7 mm worden getild.
En ook het heffen van mdf wordt dankzij dat systeem eenvoudiger. Mdf is immers doorzuigend, waardoor het vaak gebeurt dat de onderliggende plaat blijft kleven aan de plaat die wordt getild. Om dat te vermijden, kijkt een fotocel bij het heffen of er onderaan geen plaat is blijven hangen. Als extra controle wordt er ook nog een gewichtsmeting uitgevoerd. Indien er een plaat vastkleeft aan de bovenliggende plaat, wordt er geblazen en geschud tot deze loskomt. Met behulp van het dundelenpakket kunnen mdf-platen vanaf 3 mm dik van elkaar worden gescheiden.